“Gegroet, koningin Vlaakith – de laatste van Haar naam.” De rillingen lopen over mijn rug zodra ik Lae’zel deze woorden hoor uitspreken in Baldur’s Gate 3. Het is niet alleen het ultieme moment van wraak voor de githyanki krijger. Het is niet alleen het ultieme moment van wraak voor de githyanki-krijger, deze woorden roepen ook een paradigmaverschuiving op voor haar hele volk.
De slechte eindes van Baldur’s Gate 3 zijn een hoogtepunt van Patch 7 en die van Lae’zel is veruit mijn favoriet. Ruilt ze mogelijk de ene tirannenkoningin in voor de andere? Zo te horen wel. Maar is het afnemen van de macht van Vlaakith de best mogelijke uitkomst voor een woedende, mondige Lae’zel die haar eigen pad wil uitstippelen om een einde te maken aan een leven lang onderdanigheid aan een onrechtvaardige heerser? Absoluut. Maak je geen zorgen – ik heb de bonnetjes.
Een “goede” githyanki
(Afbeelding credit: Larian)Een heldenverhaal
(Afbeelding credit: Larian Studios)
Ik heb Lae’zel nooit gevonden in Baldur’s Gate 3 en dat maakte van mij een schurk
Het is niet de beste beslissing die ik in mijn carrière heb genomen, maar gezien alle gruweldaden die ik heb begaan als de Dark Urge van BG3, zit het er niet ver naast. Het was het echter wel waard om Lae’zel eindelijk tot haar recht te zien komen, op haar eigen voorwaarden, als de usurpator van Vlaakith en god-regent van haar volk.
Het komt erop neer dat haar zogenaamde slechte einde niet al te veel verschilt van het “goede” einde van Lae’zel, die niet geremanceerd is. In beide gevallen leidt ze zelf de strijd tegen Vlaakith, of Orpheus nu in beeld is of niet. Of ze dit nu doet om haar volk te bevrijden – en zo een machtsvacuüm te creëren – of met de volledige intentie om hen in haar eigen bekwame handen te leiden, Vlaakiths aanspraak op het astrale vlak wordt op de proef gesteld. Wie is hier eigenlijk de slechterik?
“Gegroet, koningin Vlaakith – de laatste van Haar naam.” De rillingen lopen over mijn rug zodra ik Lae’zel deze woorden hoor uitspreken in Baldur’s Gate 3. Het is niet alleen het ultieme moment van wraak voor de githyanki krijger. Het is niet alleen het ultieme moment van wraak voor de githyanki-krijger, deze woorden roepen ook een paradigmaverschuiving op voor haar hele volk.
De slechte eindes van Baldur’s Gate 3 zijn een hoogtepunt van Patch 7 en die van Lae’zel is veruit mijn favoriet. Ruilt ze mogelijk de ene tirannenkoningin in voor de andere? Zo te horen wel. Maar is het afnemen van de macht van Vlaakith de best mogelijke uitkomst voor een woedende, mondige Lae’zel die haar eigen pad wil uitstippelen om een einde te maken aan een leven lang onderdanigheid aan een onrechtvaardige heerser? Absoluut. Maak je geen zorgen – ik heb de bonnetjes.
Een “goede” githyanki
(Afbeelding credit: Larian)Een heldenverhaal
(Afbeelding credit: Larian Studios)
Ik heb Lae’zel nooit gevonden in Baldur’s Gate 3 en dat maakte van mij een schurk
Het is niet de beste beslissing die ik in mijn carrière heb genomen, maar gezien alle gruweldaden die ik heb begaan als de Dark Urge van BG3, zit het er niet ver naast. Het was het echter wel waard om Lae’zel eindelijk tot haar recht te zien komen, op haar eigen voorwaarden, als de usurpator van Vlaakith en god-regent van haar volk.
Het komt erop neer dat haar zogenaamde slechte einde niet al te veel verschilt van het “goede” einde van Lae’zel, die niet geremanceerd is. In beide gevallen leidt ze zelf de strijd tegen Vlaakith, of Orpheus nu in beeld is of niet. Of ze dit nu doet om haar volk te bevrijden – en zo een machtsvacuüm te creëren – of met de volledige intentie om hen in haar eigen bekwame handen te leiden, Vlaakiths aanspraak op het astrale vlak wordt op de proef gesteld. Wie is hier eigenlijk de slechterik?
Het verbluffende script in dit nieuwe “slechte” einde maakt hier een fantastisch dramatisch punt van, aangezien Amelia Tylers vertelling de dunne grens tussen goed en kwaad in de ogen van de speler afbakent. “Een goede githyanki weet wanneer de strijd is gewonnen,” zegt de voice-over terwijl Lae’zel besluit om op te staan als god-regent van de githyanki. “Maar ze weet ook wanneer het slagveld simpelweg is veranderd. Een goede githyanki kent haar vijand, maar ze weet ook dat een wapen nooit terzijde moet worden geschoven zolang het nog gebruikt kan worden.” Hier draait Lae’zel zich om en deelt een machtige, wetende blik met de Keizer en Orpheus. Er komt een stil akkoord tussen hen: ze zullen Vlaakith samen ten val brengen. Per slot van rekening: “Een goede githyanki is trouw aan haar leenheer, maar ze weet ook dat sommige dingen in de naam van haar prins gedaan moeten worden – maar niet door zijn hand.”
(Afbeelding credit: Larian)